Er zijn Westfriezen die hun wenkbrauwen diep fronsen als ze horen dat Alkmaar in verband wordt gebracht met Westfriesland, Westfriezen en hun Omringdijk. Want ja, in de dertiende eeuw kwam de vijand nog uit Alkmaar. Misschien moeten die mensen dit stukje maar niet lezen, want de tijden zijn nogal veranderd. Zo begon op 2 juli (niet toevallig op de dag dat in het noorden van Frankrijk La Grande Boucle van start ging) de Grôte DaikBoekel, een fietstocht van 130 kilometer over de Omringdijk, voor mij nota bene pal voor het station van Alkmaar. Ik haalde er een paar dijkrijders (Hollanders!) op die met de trein vanuit Amsterdam en Gorinchem naar het noorden waren gereisd. Ik loodste hen naar de oostkant van de stad, naar de Alkmaarse Poort, waar zich de hoofdstart van het evenement bevond en waar het wemelde van nog veel meer lui van buiten de streek, zoals de van TV bekende W.de J., helemaal uit Rotterdam! Het moge duidelijk zijn: vandaag werd onze Omringdijk ontsloten voor de wereld. En zo hoort het ook!
Het was winderig en er hing een dik pak wolken boven le Grand Depart aan de Omval, maar een grappig en zonnig Fietsharmonisch Orkest probeerde op dit vroege uur de startende renners een beetje op te warmen. Ik had zelf een leuk klein pelotonnetje samengesteld van collega’s en studenten van de Hogeschool IPABO, maar trof natuurlijk ook mijn gebruikelijke fietsvrienden. Met B., de fietspartner waarmee ik zitting had in de initiatiefgroep voor deze Ronde van de Omringdijk, ging ik nog even op de foto (zie foto © Geert Snoeijer), maar daarna moest ik hem met de anderen vóór laten gaan. De wilde blik in sommige ogen voorspelden een gretigheid waaraan ik mij met mijn groepje niet kond meten! Sociaal rijden was ons devies. Grupetto completto en tempo piano. Er zat namelijk nogal wat niveauverschil in de IPABO equipe en de afspraak was dat we ons naar de zwaksten zouden richten. Kalm an dus en lekker genieten….
Hop, en daar gingen we! Het was de eerste kilometers, op weg naar Oterleek, best nog wel even zoeken naar een passend tempo. Al snel moesten we hergroeperen. Maar daarna lukte het om in gesloten formatie Oterleek, Rustenburg en Ursem te passeren. Langs Oudendijk ging het en zonder een centje pijn bereikten we Hoorn al, waar in “een klein café aan de haven” de eerste stempels konden worden gezet. Wat een gezelligheid hier! Daar konden we genoeg goede zin tanken om de spat verder op te nemen, richting Enkhuizen. Helaas niet over de Zuiderdijk, die nog altijd ‘under construction’ is, maar het was ook helemaal geen straf om door de binnenlanden te worden omgeleid, langs schitterend Westfries Erfgoed. Bij Venhuizen kwamen we weer op de dijk en oog in oog met het IJsselmeer. De wind was ons hier nog steeds niet onvriendelijk gezind en de zon was inmiddels ook doorgebroken. In een heerlijk zoemende harmonie bereikten we zo het stationscafé van Enkhuizen. Gek genoeg leek men daar niet helemaal voorbereid op de komst van zoveel fietsers. De staf maakte een paniekerige indruk. Voor het plaatsen van een bestelling moesten we ons geduldig opstellen in een lange rij voor het buffet, wat mij nogal ongebruikelijk voorkwam. Maar nou ja, het gaf ons wel de gelegenheid om heel rustig de blaas te legen en de accu op te laden. Er stond ons nog een zwaar winderig traject te wachten.
Bij het vertrek vanaf het kop(jekoffie)station van Enkhuizen sloot ik mij aan in de staart van mijn tiental. Maar we waren de Havenweg nog niet uit of ik realiseerde mij opeens dat ik van de weeromstuit nog niet had afgestempeld. Terug! Het betekende dat ik daarna in de achtervolging moest. De anderen waren doorgereden. Gelukkig had collega A. wel even op me gewacht zodat we samen stoempend de straffe noordoostelijke wind te lijf konden. De lucht was inmiddels weer loodgrijs, het begon licht te spetteren en het IJsselmeer klotste geïrriteerd tegen de keien. In de verte zagen we ons witte peloton met gebogen ruggen voor de gereformeerde kathedraal van Andijk langsschuiven. We kwamen steeds dichterbij en het lukte ons om bij Onderdijk weer aan te sluiten. De wind had zijn tol geëist. Niet iedereen zat nog even fris in het zadel, maar de meesten konden zich weer een beetje herpakken in de luwte van De Vooroever en de bebouwde kom van Medemblik. Voor de kleinste van ons gezelschap ging hier echter het lichtje een beetje uit. Zij koos voor een aangepast tempo.
De regen zette zich niet door. De zon kwam zelfs terug bij het passeren van Medemblik. We daalden af naar de Nieuwstraat, waar markt en muziek voor een levendige ambiance zorgden. Het gaf weer wat moraal. Verder ging het langs het stadhuis van Kropholler en stellingmolen De Herder, waarna we de scherpe bocht namen naar het Westen. De wind kwam nu van opzij. Nauwelijks een kilometer langs de lange rechte Wieringermeerdijk werden we door een lekke band getroffen. Hoort er ook bij. Gelukkig waren er ervaren handen in de groep (gepokt en gemazeld bij wielervereniging HSC De Bataaf) die de pittstop tot een minimum konden beperken. In een mum zaten we dus weer op de fietsen, op weg naar de ravitaillering van Kolhorn. De gehaktballen, traditioneel uitgeserveerd tijdens de eliteBoekel, bleven voor deze eerste landelijke editie zorgvuldig in de pan. We moesten ons behelpen met soep , een krentenbol of een colaatje. In de dromerige ogen van enkele rijders zag ik het verlangen om hier een uiltje te knappen, maar iets minder dan een derde van de Grote Boekel lag nog in het verschiet. We stapten dus weer op en bestegen de smalle, slingerende dijk richting Schagen.
Le Champion, die de hele route perfect had uitgepeild, had er bij het Gat van Schagen (het wachten is nog op “de Westfriese Brug”) voor gekozen de route om te leggen via Schagerbrug. Toen we na deze, altijd weer ongemakkelijke omleiding , de dijk opnieuw bestegen voelden we direct de wind in onze ruggen blazen. De coureurs uit onze groep die zich de hele dag hadden ingehouden gingen hier voor eigen geluk. Het zonbeschenen landschap was weer adembenemend en met het restant van mijn rijders reed ik in een plezierig tempo terug naar Alkmaar. Links en rechts sturend langs de vele krommingen van de dijk. Ongeschonden, trots en tevreden kwamen we zo aan in Alkmaar, dat zich hoe dan ook op deze dag: “hometown” van de dijk mocht noemen. Ruim 1500 mensen hebben deelgenomen aan de Boekel en door de landelijke uitstraling was het voor velen een eerste kennismaking met een groots landschappelijk monument. Wat een prachtig begin van een nieuwe traditie!