Na de belangrijke inpoldering van de Zijpe in de 16e eeuw volgden ten Noorden van de Westfriese Omringdijk nog enkele inpolderingen die er uiteindelijk voor hebben gezorgd dat de directe dreiging van zeewater voor Westfriesland behoorlijk afnam. De Groetpolder werd met de Waardpolder in 1834 ingepolderd. De polder wordt soms als buurtschap gezien, omdat in de polder ook niet agrarische bewoning staat naast die van de land- en tuinbouw. Staande bij de brug ter hoogte van Aartswoud is de natuurstenen dijkbekleding van de oorspronkelijke Omringdijknog te zien, door over de balustrade te kijken.
In de polder zijn prehistorische restanten gevonden uit de Neolitische Enkel Graf Cultuur van 2500 jaar vóór Christus. In het museum “De Turfschuur” (Kolhorn) zijn de aardewerk-vondsten uit de bekercultuur in de Groetpolder te bewonderen. In de Groetpolder zijn ook resten gevonden van dijken die ongeveer uit de 10e eeuw stammen.