Het Westfriese Oudendijk ligt aan de Beemster Uitwatering, die is gegraven na het droogleggen van de Beemster in het jaar 1612. Overtollig water uit deze polder vindt via deze sloot een weg naar “zee”. Aan de andere kant van het water ligt de polder Beschoot, ruim 2,60 m beneden NAP en daarmee de laagst liggende polder van het oude land in Nederland.
Het graven van de Uitwateringssloot had letterlijk en figuurlijk heel wat voeten in de aarde. Bij de aanleg hebben Alkmaar en Hoorn geruzied over de breedte ervan. Hoorn had ter wille van zijn scheepvaart baat bij een brede sloot, die recht op de stad afliep. De boeren door wier land de uitwateringssloot gegraven moest worden waren hier uiteraard niet gelukkig mee. Uiteindelijk gaven ze toestemming onder het beding dat zij hun in de Beetskoog gelegen landerijen ’ten eeuwigen dage’ per brug konden bereiken. Ze eisten zelfs 22 wagenbruggen en vijftien voetbruggen (over een lengte van 4 km.) Dat werden uiteindelijk vier vaste en vier beweegbarre bruggen. Momenteel telt Oudendijk nog 7 van deze karakteristieke witte bruggen. Eetcafé les Deux Ponts markeert het punt in Oudendijk dat na elkaar twee sloten door een witte brug worden overspannen. De twee bruggen.
De Witte Bruggen zijn samen met de kerk beeldbepalend voor het dorp. Het kerkje van Oudendijk (1648) is het enige kerkgebouw dat op de westfriese Omringdijk gebouwd is. Hoog torent het uit boven de omringende weilanden.
bron Ach lieve tijd West-friesland e.a.