Uit de vaart naar de Oost kwamen schepen terug met de paalworm. Een vraatzuchtig schelpdier dat de houten vloot bedreigde en in het begin van de achttiende eeuw ook de palen aan de dijken aantastte. 1732 werd in dat opzicht een waar rampjaar. Er moest radicaal worden gebroken met het systeem van wierdijken en de (dure) stenen glooiing werd het alternatief.